John Surtees

13-03-2017 19:20
UIT ONS ARCHIEF: JOHN SURTEES
DOOR TOM IN MOTOR MAGAZINE, MAANDAG 13 MRT 2017 13:03
'De man die deed wat Rossi niet kon.' John Surtees ANP foto
Foto: ANP
In 2014 schreven we in Moto Magazine over de indrukwekkende carrière van John Surtees. In verband met zijn overlijden besloten we om dit artikel - zij het deels - opnieuw te plaatsen.
Motor Magazine, editie 9 2014. Tekst: Mat Oxley.
"Acht (red. nu elf) jaar geleden stond Valentino Rossi op het punt een contract te tekenen bij het Formule 1-team van Ferrari. De Italiaan had op dat moment al vijf MotoGP-titels op zijn naam staan en was op zoek naar een nieuwe uitdaging, namelijk om als tweede man ooit in zowel de auto- als de motorracerij wereldkampioen te worden. Hij testte met F1-legende Michael Schumacher en reed prima rondetijden, maar hij veranderde toch van gedachten. Rossi gaf toe toch liever met motoren te racen, maar was dat wel het hele verhaal of was hij misschien toch bezorgd niet uit het goede hout gesneden te zijn om te kunnen winnen in de Formule 1? 
Hoe dan ook heeft Rossi’s beslissing de unieke prestatie van John Surtees ongeëvenaard gelaten. Met de zeven wereldtitels die Surtees op de motor won tussen 1956 en 1960 maakte hij van MV Agusta van een 500cc-achterhoedeteam een dominante macht tot halverwege de jaren zeventig. Zijn rijden was de perfecte combinatie van vloeiendheid en agressie, maar wat hem ook zo sterk maakte, was hoe hij zijn monteurs kon helpen een motor beter te maken. Je zou hem de eerste moderne motorracer kunnen noemen. Zijn technische kennis is terug te leiden naar zijn achtergrond als technicus en hij had wat dat betreft zoveel aanzien dat Mike Hailwood en Honda hem eind jaren zestig om hulp vroegen om de Honda op hetzelfde niveau te krijgen als de MV van concurrent Giacomo Agostini. (...) Na zijn overstap naar de autosport won hij in 1964 de Formule 1-wereldtitel met Ferrari, maar eigenlijk was Surtees nooit van plan een autocoureur te worden…"
Al jong was Surtees met motorracen in de weer. Dat kon hij, omdat zijn vader een Vincent-dealership had in Londen. Zo kon Surtees op een Excelsior aan zijn loopbaan beginnen. Eerst op de grasbaan en op zijn zestiende ook echt op de weg. Geheel toevallig overigens: 'Wat vrienden van mijn vader kwamen langs in de winkel en zeiden dat ze op Brands Hatch gingen rijden, waar het nieuwe circuit vlak daarvoor was geasfalteerd. Mijn kleine 250cc-Triumph met noppenbandjes werd achter in de bus geladen en na één ronde over de baan wist ik dat dat was wat ik wilde doen.’
"In de seizoenen die volgden, was Surtees regelmatig te vinden op Nortons en Vincents. Hij racete indertijd vooral op ongebruikte vliegvelden uit de Tweede Wereldoorlog, die de basis zouden vormen van de Britse racerij. ‘We raceten echt tussen de oude vliegtuigen, Lancasters en Spitfires en zo.’" 
De Britse motormerken
Surtees won met MV Agusta in de 350cc- en 500cc-klassen zijn wereldtitels, maar het liefst had hij furore gemaakt met Britse motoren. "In de jaren vijftig benaderde hij Norton en Triumph in de hoop dat ze hem zouden steunen toen hij voor het wereldkampioenschap ging, maar het bleek ijdele hoop. Beide merken wezen hem af. Moet je voorstellen hoe het had kunnen lopen als die getalenteerde jongeman op één van de twee merken naar Grand Prix-glorie was gereden. ‘In 1955 had ik Norton het voorstel gedaan om fabrieksfietsen te ontwikkelen voor het wereldkampioenschap’, herinnert Surtees zich. ‘Norton-directeur Gilbert Smith legde het plan voor aan de raad van bestuur en liet me later weten dat ze er niet mee doorgingen, omdat als ik er succesvol in zou zijn, ik meer zou verdienen dan de bazen van Norton!’ Helaas was het uiteindelijk de mentaliteit van niet willen innoveren die de Britse motorindustrie de kop heeft gekost.’
Surtees verbond zich in 1956 aan MV. Het Italiaanse merk had op dat moment nog niet één wereldtitel in de topklasse. Ja, ze stonden bekend om hun succes in de 125cc- en 250cc-klassen, maar de 500cc-motoren stonden slechter te boek. "Ze werden omschreven als onbedwingbaar en dodelijk, zeker na het overlijden van MV-rijders Les Graham en Ray Amm. Het was Surtees die MV de weg wees naar 500cc-succesen met zijn rijden en zijn technisch inzicht en mensenkennis. Het was in eerste instantie moeilijk om veranderingen door te voeren, maar beetje bij beetje wist hij de ideeën in te brengen die van de Norton Manx een geweldig rijdende machine hadden gemaakt. ‘De MV voelde vooral anders. Hij had niet de stijfheid die de Norton had. De motorfiets voelde hoog en slapjes, maar maakte een heerlijk geluid! We hoefden het frame alleen maar stijver te maken en de vering naar mijn wensen te krijgen.’ Surtees boekte vooruitgang door zijn intelligentie, toewijding en een beetje raffinement. ‘Ik leerde Italiaans door tijdens mijn verblijf in Italië naar de bioscoop te gaan. Ik keek spaghettiwesterns met onder meer Clint Eastwood en kreeg met behulp van de ondertitels de taal onder de knie.’
Zelfs dan was het nooit gemakkelijk werken met graaf Agusta. Rijders en monteurs moesten soms uren of dagen wachten om de man te kunnen spreken. ‘Uiteindelijk heb ik één op één met hem kunnen spreken door na de GP van België in 1958 dezelfde nachttrein naar Milaan te boeken. Tijdens die treinreis heb ik het voor elkaar gekregen dat hij een nieuw frame goedkeurde. Het vergde nogal wat politiek om iets geregeld te krijgen binnen MV." Eenvoudig was het volgens Surtees nooit.
Overleven in een gevaarlijke tijd
De tijd waarin Surtees racete, staat te boek als dodelijk. Het was geheel normaal dat concullega's verongelukten, dat hoorde nu eenmaal bij het spelletje. "Surtees: ‘Vergeet niet dat we allemaal opgegroeid zijn in de oorlogsjaren en dan wordt de dood een erg wezenlijk deel van het leven’. En inderdaad, Surtees kwam aan zijn plek bij MV Agusta door het overlijden van Ray Amm tijdens diens eerste race voor MV op Imola in 1955. Twee jaar daarvoor verloor het merk ook al Les Graham op de Isle of Man. ‘Als je een deelnemer bent, ben je ook een avonturier, dus je moet altijd onthouden dat het zomaar over kan zijn’, voegt hij er aan toe. ‘Maar natuurlijk probeer je te allen tijde om die mogelijkheid zo miniem mogelijk te houden door je werk goed te doen.’
Surtees wist zijn racecarrière te doorlopen met heel weinig blessures – slechts een gebroken arm en een gebroken pols – door constant zijn kop erbij te houden. ‘Het belangrijkst was om te proberen de aanwezige risico’s te beperken tot gecalculeerde risico’s. Er waren bepaalde bochten waar je simpelweg niet het randje moest opzoeken en andere waar je dat juist prima kon doen, als het nodig was tenminste.’
Eenmaal in de autosport was het niet veel veiliger. Sterker nog, Mike Hailwood vond altijd dat motoren veiliger waren, omdat je van het ongeval werd weggeslingerd in plaats van vast kwam te zitten in de vlammen. ‘Je was je ervan bewust dat het ergste kon gebeuren, omdat het je vrienden overkwam, en ik zag het vaker in de autosport’, vertelt hij. ‘Toen ik in 1969 bij Ferrari mijn eerste Formule 1-Gand Prix won, zat de brandstoftank recht achter de coureur, twee aan weerszijden van je en eentje over de stuurkolom, die lekte, waardoor heel mijn benen en overall doordrenkt waren met racebenzine.’ Terugkijkend in de moderne tijd met zijn stinkend rijke MotoGP-sterren is het moeilijk in te denken dat Surtees toen hij in 1956 met MV Agusta zijn eerste WK won nog bezig was met een monteursstage. De ene week racete hij dus met zijn MV Agusta op Monza en de volgende zat hij op een tractor in Northamptonshire. ‘Ik vloog naar de races en dan snel naar huis om verder te gaan met mijn stage. Gemakkelijk was het niet. In de tijd hoefde je echt niet te denken dat je met racen alleen je brood kon verdienen en ik had toch altijd al veel interesse in landbouwvoertuigen." Hij kreeg een kans bij Ferguson, waar hij nog moest leren hoe alles werkte. Daar leerde Surtees bijvoorbeeld ook hoe hij een akker moest ploegen. 
Als hij niet zo verzot op motorraces was geweest, zou Surtees nooit met auto’s hebben geracet. "Raar maar waar. Toen hij net voor MV begon, werd Surtees nog oogluikend toegestaan andere kampioenschappen te rijden met zijn eigen Nortons, maar de aristocratisch eigenaar van MV, graaf Domenico Agusta, was het hobbymatig racen van Surtees zat. ‘De graaf was behoorlijk beledigd door krantenkoppen waarin de pers claimde dat ik niet alleen op MV’s kon winnen’, vertelt Surtees, die op zijn eigen Nortons ook behoorlijk succesvol was. ‘Het zat de graaf al even dwars en uiteindelijk mocht ik van hem enkel nog aan WK-races deelnemen. Dus toen ik hem vroeg of ik dan ook op een 250cc-MV mocht racen, kreeg ik te horen dat het niet ging gebeuren. Als hij me ook op de 250 had laten rijden of me had toegestaan mijn eigen motoren te blijven racen, dan had ik het racen met auto’s waarschijnlijk nooit overwogen. Het kwam er uiteindelijk van toen Mike Hawthone (Formule 1-wereldkampioen van 1958) me adviseerde om met auto’s te gaan races, maar ik zei: ”Nee, nee, ik ben een motorrijder”.’
Tot Surtees ermee instemde een Aston Martin DB1 te testen op Goodwood. ‘Ik deed een aantal ronden en toen ik uiteindelijk weer binnenkwam, vroeg teammanager Reg Parnell of ik even een krabbel wilde zetten. Ik vroeg hem wat het was. Het was een contract."Toch zei hij weer dat hij een motorrijder was.
"De autowereld kreeg algauw lucht van hoe snel Surtees was en de aanbiedingen stroomden binnen. Hij testte een Formule 1-wagen, maar hield de boot nog steeds af. Uiteindelijk ging hij toch om. ‘Ik irriteerde me behoorlijk aan het grote aanbod van racestoeltjes dat ik had en toen realiseerde ik me dat er in mijn contract met MV niets stond wat me weerhield van het racen met een auto!’
In zijn eerste autorace (hij had slechts eenmaal eerder een autorace gezien) vocht Surtees om de leiding met Jim Clark, die later twee Formule 1-wereldtitels zou winnen."

 

 
DOOR TOM IN MOTOR MAGAZINE, MAANDAG 13 MRT 2017 13:03
 
'De man die deed wat Rossi niet kon.' John Surtees
In 2014 schreven we in Moto Magazine over de indrukwekkende carrière van John Surtees. 
"Acht (red. nu elf) jaar geleden stond Valentino Rossi op het punt een contract te tekenen bij het Formule 1-team van Ferrari. De Italiaan had op dat moment al vijf MotoGP-titels op zijn naam staan en was op zoek naar een nieuwe uitdaging, namelijk om als tweede man ooit in zowel de auto- als de motorracerij wereldkampioen te worden. Hij testte met F1-legende Michael Schumacher en reed prima rondetijden, maar hij veranderde toch van gedachten. Rossi gaf toe toch liever met motoren te racen, maar was dat wel het hele verhaal of was hij misschien toch bezorgd niet uit het goede hout gesneden te zijn om te kunnen winnen in de Formule 1? 
Hoe dan ook heeft Rossi’s beslissing de unieke prestatie van John Surtees ongeëvenaard gelaten. Met de zeven wereldtitels die Surtees op de motor won tussen 1956 en 1960 maakte hij van MV Agusta van een 500cc-achterhoedeteam een dominante macht tot halverwege de jaren zeventig. Zijn rijden was de perfecte combinatie van vloeiendheid en agressie, maar wat hem ook zo sterk maakte, was hoe hij zijn monteurs kon helpen een motor beter te maken. Je zou hem de eerste moderne motorracer kunnen noemen. Zijn technische kennis is terug te leiden naar zijn achtergrond als technicus en hij had wat dat betreft zoveel aanzien dat Mike Hailwood en Honda hem eind jaren zestig om hulp vroegen om de Honda op hetzelfde niveau te krijgen als de MV van concurrent Giacomo Agostini. (...) Na zijn overstap naar de autosport won hij in 1964 de Formule 1-wereldtitel met Ferrari, maar eigenlijk was Surtees nooit van plan een autocoureur te worden…"
Al jong was Surtees met motorracen in de weer. Dat kon hij, omdat zijn vader een Vincent-dealership had in Londen. Zo kon Surtees op een Excelsior aan zijn loopbaan beginnen. Eerst op de grasbaan en op zijn zestiende ook echt op de weg. Geheel toevallig overigens: 'Wat vrienden van mijn vader kwamen langs in de winkel en zeiden dat ze op Brands Hatch gingen rijden, waar het nieuwe circuit vlak daarvoor was geasfalteerd. Mijn kleine 250cc-Triumph met noppenbandjes werd achter in de bus geladen en na één ronde over de baan wist ik dat dat was wat ik wilde doen.’
"In de seizoenen die volgden, was Surtees regelmatig te vinden op Nortons en Vincents. Hij racete indertijd vooral op ongebruikte vliegvelden uit de Tweede Wereldoorlog, die de basis zouden vormen van de Britse racerij. ‘We raceten echt tussen de oude vliegtuigen, Lancasters en Spitfires en zo.’" 
De Britse motormerken
Surtees won met MV Agusta in de 350cc- en 500cc-klassen zijn wereldtitels, maar het liefst had hij furore gemaakt met Britse motoren. "In de jaren vijftig benaderde hij Norton en Triumph in de hoop dat ze hem zouden steunen toen hij voor het wereldkampioenschap ging, maar het bleek ijdele hoop. Beide merken wezen hem af. Moet je voorstellen hoe het had kunnen lopen als die getalenteerde jongeman op één van de twee merken naar Grand Prix-glorie was gereden. ‘In 1955 had ik Norton het voorstel gedaan om fabrieksfietsen te ontwikkelen voor het wereldkampioenschap’, herinnert Surtees zich. ‘Norton-directeur Gilbert Smith legde het plan voor aan de raad van bestuur en liet me later weten dat ze er niet mee doorgingen, omdat als ik er succesvol in zou zijn, ik meer zou verdienen dan de bazen van Norton!’ Helaas was het uiteindelijk de mentaliteit van niet willen innoveren die de Britse motorindustrie de kop heeft gekost.’
Surtees verbond zich in 1956 aan MV. Het Italiaanse merk had op dat moment nog niet één wereldtitel in de topklasse. Ja, ze stonden bekend om hun succes in de 125cc- en 250cc-klassen, maar de 500cc-motoren stonden slechter te boek. "Ze werden omschreven als onbedwingbaar en dodelijk, zeker na het overlijden van MV-rijders Les Graham en Ray Amm. Het was Surtees die MV de weg wees naar 500cc-succesen met zijn rijden en zijn technisch inzicht en mensenkennis. Het was in eerste instantie moeilijk om veranderingen door te voeren, maar beetje bij beetje wist hij de ideeën in te brengen die van de Norton Manx een geweldig rijdende machine hadden gemaakt. ‘De MV voelde vooral anders. Hij had niet de stijfheid die de Norton had. De motorfiets voelde hoog en slapjes, maar maakte een heerlijk geluid! We hoefden het frame alleen maar stijver te maken en de vering naar mijn wensen te krijgen.’ Surtees boekte vooruitgang door zijn intelligentie, toewijding en een beetje raffinement. ‘Ik leerde Italiaans door tijdens mijn verblijf in Italië naar de bioscoop te gaan. Ik keek spaghettiwesterns met onder meer Clint Eastwood en kreeg met behulp van de ondertitels de taal onder de knie.’
Zelfs dan was het nooit gemakkelijk werken met graaf Agusta. Rijders en monteurs moesten soms uren of dagen wachten om de man te kunnen spreken. ‘Uiteindelijk heb ik één op één met hem kunnen spreken door na de GP van België in 1958 dezelfde nachttrein naar Milaan te boeken. Tijdens die treinreis heb ik het voor elkaar gekregen dat hij een nieuw frame goedkeurde. Het vergde nogal wat politiek om iets geregeld te krijgen binnen MV." Eenvoudig was het volgens Surtees nooit.
Overleven in een gevaarlijke tijd
De tijd waarin Surtees racete, staat te boek als dodelijk. Het was geheel normaal dat concullega's verongelukten, dat hoorde nu eenmaal bij het spelletje. "Surtees: ‘Vergeet niet dat we allemaal opgegroeid zijn in de oorlogsjaren en dan wordt de dood een erg wezenlijk deel van het leven’. En inderdaad, Surtees kwam aan zijn plek bij MV Agusta door het overlijden van Ray Amm tijdens diens eerste race voor MV op Imola in 1955. Twee jaar daarvoor verloor het merk ook al Les Graham op de Isle of Man. ‘Als je een deelnemer bent, ben je ook een avonturier, dus je moet altijd onthouden dat het zomaar over kan zijn’, voegt hij er aan toe. ‘Maar natuurlijk probeer je te allen tijde om die mogelijkheid zo miniem mogelijk te houden door je werk goed te doen.’
Surtees wist zijn racecarrière te doorlopen met heel weinig blessures – slechts een gebroken arm en een gebroken pols – door constant zijn kop erbij te houden. ‘Het belangrijkst was om te proberen de aanwezige risico’s te beperken tot gecalculeerde risico’s. Er waren bepaalde bochten waar je simpelweg niet het randje moest opzoeken en andere waar je dat juist prima kon doen, als het nodig was tenminste.’
Eenmaal in de autosport was het niet veel veiliger. Sterker nog, Mike Hailwood vond altijd dat motoren veiliger waren, omdat je van het ongeval werd weggeslingerd in plaats van vast kwam te zitten in de vlammen. ‘Je was je ervan bewust dat het ergste kon gebeuren, omdat het je vrienden overkwam, en ik zag het vaker in de autosport’, vertelt hij. ‘Toen ik in 1969 bij Ferrari mijn eerste Formule 1-Gand Prix won, zat de brandstoftank recht achter de coureur, twee aan weerszijden van je en eentje over de stuurkolom, die lekte, waardoor heel mijn benen en overall doordrenkt waren met racebenzine.’ Terugkijkend in de moderne tijd met zijn stinkend rijke MotoGP-sterren is het moeilijk in te denken dat Surtees toen hij in 1956 met MV Agusta zijn eerste WK won nog bezig was met een monteursstage. De ene week racete hij dus met zijn MV Agusta op Monza en de volgende zat hij op een tractor in Northamptonshire. ‘Ik vloog naar de races en dan snel naar huis om verder te gaan met mijn stage. Gemakkelijk was het niet. In de tijd hoefde je echt niet te denken dat je met racen alleen je brood kon verdienen en ik had toch altijd al veel interesse in landbouwvoertuigen." Hij kreeg een kans bij Ferguson, waar hij nog moest leren hoe alles werkte. Daar leerde Surtees bijvoorbeeld ook hoe hij een akker moest ploegen. 
Als hij niet zo verzot op motorraces was geweest, zou Surtees nooit met auto’s hebben geracet. "Raar maar waar. Toen hij net voor MV begon, werd Surtees nog oogluikend toegestaan andere kampioenschappen te rijden met zijn eigen Nortons, maar de aristocratisch eigenaar van MV, graaf Domenico Agusta, was het hobbymatig racen van Surtees zat. ‘De graaf was behoorlijk beledigd door krantenkoppen waarin de pers claimde dat ik niet alleen op MV’s kon winnen’, vertelt Surtees, die op zijn eigen Nortons ook behoorlijk succesvol was. ‘Het zat de graaf al even dwars en uiteindelijk mocht ik van hem enkel nog aan WK-races deelnemen. Dus toen ik hem vroeg of ik dan ook op een 250cc-MV mocht racen, kreeg ik te horen dat het niet ging gebeuren. Als hij me ook op de 250 had laten rijden of me had toegestaan mijn eigen motoren te blijven racen, dan had ik het racen met auto’s waarschijnlijk nooit overwogen. Het kwam er uiteindelijk van toen Mike Hawthone (Formule 1-wereldkampioen van 1958) me adviseerde om met auto’s te gaan races, maar ik zei: ”Nee, nee, ik ben een motorrijder”.’
Tot Surtees ermee instemde een Aston Martin DB1 te testen op Goodwood. ‘Ik deed een aantal ronden en toen ik uiteindelijk weer binnenkwam, vroeg teammanager Reg Parnell of ik even een krabbel wilde zetten. Ik vroeg hem wat het was. Het was een contract."Toch zei hij weer dat hij een motorrijder was.
"De autowereld kreeg algauw lucht van hoe snel Surtees was en de aanbiedingen stroomden binnen. Hij testte een Formule 1-wagen, maar hield de boot nog steeds af. Uiteindelijk ging hij toch om. ‘Ik irriteerde me behoorlijk aan het grote aanbod van racestoeltjes dat ik had en toen realiseerde ik me dat er in mijn contract met MV niets stond wat me weerhield van het racen met een auto!’
In zijn eerste autorace (hij had slechts eenmaal eerder een autorace gezien) vocht Surtees om de leiding met Jim Clark, die later twee Formule 1-wereldtitels zou winnen."